dinsdag 21 december 2010

CD-recensie: The Suburbs

Algemeen: Arcade Fire kende ik van het album Neon Bible, een aardige plaat met bijzondere composities en een inventieve gebruikmaking van een groot aantal instrumenten. Het echtpaar Win Butler en Régine Chassagne, frontman en -vrouw van Arcade Fire, had een vervallen kerkgebouw gekocht en dit omgebouwd tot opnamestudio, wat een bijzonder geluid opleverde. Opvolger The Suburbs verscheen afgelopen zomer. Ik verkeerde in de veronderstelling dat de Canadese band bij het grote publiek onbekend was, maar ik las dat The Suburbs de vierde plaats in de Album Top 100 heeft bereikt. Wellicht heeft de column van Dijkshoorn op Nu.nl daaraan bijgedragen.

Inhoud: Op The Suburbs vertelt Arcade Fire het verhaal van de vele anonieme 'kids' die in de seventies opgroeiden in een uit de grond gestampte buitenwijk, een hechte gemeenschap die evenwel voortdurend aan verandering onderhevig was en is en waar opgroeien hand in hand ging met ontgroeien. Het album bestaat dan ook uit songs die afwisselend nostalgisch terugblikken op de jeugdperiode en meer vertwijfeld het verval en de breuk thematiseren. Al in titelsong 1.The Suburbs wordt een verloren wereld opgeroepen. De emotie die met dat besef wordt opgeroepen wordt wel aangestipt maar niet geëxpliciteerd: 'Sometimes I can't believe it / I'm moving past the feeling'. Het is aan de luisteraar te bepalen of het hier heimwee of juist wrok betreft die de ik achter zich laat. Het ritme van dit nummer wordt in een donkerder, pompender vorm gecontinueerd in het schitterende 2.Ready to Start, met een fantastisch intro en een positieve pointe: de stevige waarheid 'I would rather be alone / than pretend I feel allright' wordt aan het eind ingeruild voor de zelfverzekerde opening naar de buitenwereld: 'My mind is open wide / And now I'm ready to start'. De tijd vliedt echter genadeloos, zo leert 3.Modern Man, en men moet met zijn tijd mee. Slapeloze nachten zijn het gevolg en terugkeren is onmogelijk, want de 'kids' van nu switchen sneller van identiteit en stijl dan ooit, aldus het muzikaal sterke 4.Rococo. Na deze vier nummers heb je als luisteraar een aardige impressie van de sfeer en toon van het album. Helaas zijn 5.Empty Room en 6.City with No Children weinig spannende nummers die de aandacht wat doen verslappen. Het tweeluik 7.Half Light I en 8.Half Light II (No Celebration) besluit de eerste helft van het ruim een uur durende The Suburbs. Hierin wordt als het ware een omslagpunt voorbereid. Via contemplatieve teksten en zoekende ritmes komt de nadruk in het vervolg meer te liggen op een doorvoelde melancholie en spijt, een bittere en intense zoektocht naar de verloren tijd. 9.Suburban War vormt het hoogtepunt van dit gevoel. Al vanaf de eerste treurige klanken overtuigt dit nummer. Met 'Let's go for a drive / And see the town tonight' zet Butler in. Dat dorp van vroeger is echter onherkenbaar veranderd: 'This town's so strange / They built it to change'. En de mensen van vroeger zijn niet alleen in ruimtelijke zin ('The cities we live in / could be distant stars'), maar vooral in geestelijke zin mijlenver uiteengegroeid. 'All my old friends / They don't know me know' is de wanhoopskreet die door merg en been gaat. De subtiele verschuiving die in het nummer plaatsvindt van de vrienden die met 'you' worden aangesproken naar het afstandelijke 'They' symboliseert schitterend de verwijdering. Vreemde eend is dan 10.Month of May, waarin plotsklaps stevige riffs hun intrede doen. 11.Wasted Hours blikt met warme sympathie terug op de tijd dat de toekomst nog onzeker was en wijdopen lag voor de kids die dromerig uit het raam van de schoolbus staarden. Nu beseft de ik dat het een drang naar vrijheid was, die nu, in het keurslijf van de maatschappij, nog net zo pregnant is: 'We're still kids in buses longing to be free'. Na het vlakke 12.Deep Blue is 13.We Used to Wait weer een meesterwerkje. Kalm aanvangend ('By the times we met, the times had already changed'), grillig zijn weg zoekend, culminerend in een beukend slot waarin alle remmen losgaan: 'Now we're screaming: Sing the chorus again!!'. Een tweede tweeluik besluit het album waardig. 'Sprawl' (= wildgroei) I en II zijn elkaars tegendelen, de eerste somber en langzaam, de tweede monter en zeer ritmisch. In 14.Sprawl I rijdt de ik met zijn auto maar weer eens de buitenwijk in - het is een terugkerend thema -, op zoek naar sporen van vroeger, maar het enige dat hij vindt is verlorenheid: 'Took a drive into the sprawl / to find the places we used to play / It was the loneliest day of my life'. Het slotcouplet vind ik van een uitzonderlijke schoonheid: 'The last defender of the sprawl / Said, "Well, where do you kids live?" / Well sir, if you only knew / What the answer is worth / Been searching every corner of the earth'. In Sprawl II (Mountains Beyond Mountains) verzorgt Chassange de leadzang. Het is een kritisch lied over een negatief element van de buitenwijk, namelijk de reusachtige winkelcentra die als hedendaagse bergketens in het landschap staan, maar de Kate Bush-achtige stem van Chassagne geeft alles een luchtige ondertoon. 16.The Suburbs (Continued) is een wat hallucinante variatie op het openingsnummer, waarmee de cirkel rond is: dat alles altijd verandert is een gegeven dat nooit verandert.

Conclusie: The Suburbs is een vernuftig in elkaar stekende cd. De nummers verwijzen veelvuldig naar elkaar, met terugkerende teksten en thema's. Goed is dat het album echt de indruk wekt het resultaat te zijn van zorgvuldig componeren en geen overhaast geproduceerde cashcow is geworden. De enorme media-aandacht en de pr-campagne hebben de ambitie en het vakmanschap niet kunnen wegdrukken. Positiviteit is nooit ver weg op dit album, maar de donkere nummers maken toch de meeste indruk: 'Suburban War', 'We Used to Wait' en ' Sprawl I'. Uit deze nummers blijkt dat Arcade Fire zich niet alleen met een grotesk instrumentarium en barokke stijl kan onderscheiden van de massa. Ook in traditionele pop/rock-songs toont de band zijn klasse.

Beoordeling: 8,2

1 opmerking:

ditisstefan zei

Ik ben het zeker met je eens dat de donkere nummers het meeste indruk maken. Op We Used To Wait na, merk ik overigens wel dat ik de plaat het liefst in zijn geheel luister in plaats van losse nummers. Dat bewijst voor mij de knappe structuur.